Verwenontbijtje: oven baked oats

Hoe kun je je vrije zondagochtend beter besteden dan Netflixend, met een bak heerlijke dampende havermout. Nu ben ikzelf bepaald geen fan van havermout uit het pannetje: het is me veel te vochtig, zompig en nat. Kortom: teveel associaties met lichaamssappen. De gebakken variant daarentegen, vind in geweldig. En zeker nu de laatste hittegolf achter de rug lijkt en de temperaturen langzaamaan weer gaan dalen, is dit ontbijtje de perfecte variatie op je bammetje pindakaas of yoghurt met muesli.

Toegegeven: dit recept (geïnspireerd op dit artikel) is niet übergezond. Er zit wat suiker en boter in, wat voor een heerlijk krokant korstje op de bovenkant zorgt. Je kunt de boter en suiker vervangen door meer verantwoorde ingrediënten, of je maakt dit receptje gewoon af en toe en gaat voor ’t echie. Your call!


Wat heb je nodig (voor 1 persoon)
40 gram havermout
10 gram noten naar keuze, in kleine stukjes gehakt (ik gebruikte pecannoten, mijn favoriet!)
10 gram (kokosbloesem)suiker
snufje bakpoeder
snufje zout
80 ml halfvolle melk
theelepel roomboter, gesmolten
een halve (liefst rijpe) banaan
wat aardbeien (of ander fruit dat je lekker vindt)
een ei (ik gebuikte alleen het eiwit, eigeel zal ook erg lekker zijn!)

20160918_095150

Wat moet je doen?
1. Verwarm de oven voor op 180º C
2. Mix eerst de droge ingrediënten (havermout, gehakte noten, suiker, bakpoeder en zout door elkaar.3. Doe hetzelfde met de natte ingrediënten (melk, gesmolten roomboter, eiwit)
4. Meng nu de natte en droge ingrediënten door elkaar.
5. Lek de plakjes banaan op de bodem van een ingevet of met bakpapier bekleed ovenbestendig schaaltje
6. Giet hier overheen je beslagje
7. Doe dit voor circa 35 minuten in de oven, check af en toe even. Als je oats een krokante bovenkant hebben kun je ze eruit halen.
8. Het moeilijkste deel: echt even laten afkoelen. Eventueel aftoppen met kokosrasp, honing, wat suiker, kwark; wat je wilt. De mogelijkheden zijn eindeloos met dit soort receptjes. En genieten maar!

Wat ik zo lekker vindt aan dit ontbijtje is dat je echt uren vol zit en je zo door kunt tot naar de lunch. Bij een kwark- of broodontbijtje snak ik om tien uur alweer naar een tussendoortje. Deze portie is dan ook best flink, maar ook voedzaam. De vezels en koolhydraten uit de havermout, suikers uit het fruit en eiwitten van het ei en de melk zorgen voor een voldaan gevoel. Echt een aanrader, ook als je niet gek bent op havermoutpap als ik. Het is niet te vergelijken!

Tip: Ik heb het nu gemaakt met banaan en bessen, maar je kunt eindeloos variëren met de ingrediënten. Gebruik eens rozijntjes, appel en kaneel. Of gooi er eens wat gehakte chocolade doorheen. Of besmeer ‘m met een dun laagje pindakaas.

Heb je weleens oven baked oats gegeten? Welke combi’s vind jij to die for?

Liefs!

 

Advertentie

Style: leather trousers

Sinds een maand ben ik gelukkige eigenaresse van een leren broek. Een nepleren welteverstaan, want ik ben natuurlijk nog steeds niet rijk. Helaas. En al had ik het geld, dan alsnog zou ik voor de imitatieleren variant gaan wegens de aanzienlijke kans dat ik de broek na verloop van tijd verpest door er eten op te morsen of door hem te scheuren. Afijn, een nepleren broek dus. En de reacties waren niet van de lucht toen ik mijn nieuwe aankoop toonde aan vrienden en familie. Van ‘gaaf!’ van mijn moeder (thanks, mom) tot een: ‘vind je het niet een beetje ordinair?’ van mijn vriend. Maar ik heb me er niets van aangetrokken, want ik mijn hoofd wist ik al de vetste combinaties te maken.

Het zit namelijk zo: door de bijzondere structuur van deze broek, kun je er een doodsimpel wit shirtje op dragen en toch een gestijlde outfit dragen. Er zijn alleen een paar items waar je de pants beter niet mee kunt combineren:

  • Een leren jack. Tenzij je auditie doet voor de rol van Catwoman in een remake die er waarschijnlijk toch niet komt. Kleinere leren items, zoals een tas of paar schoenen, vind ik dan juist wel weer mooi.
  • Hoge rijghakken: beetje zelfde idee. Het wordt allemaal iets teveel.
  • Slippers. Staat gewoon een beetje maf.
  • Glittertopjes/glitterjasje/anything shiny. Ik vind dit persoonlijk geen succes, want de broek vestigt als een hoop aandacht. Het is vaak mooier om één opvallend item in je outfit te hebben dan een hoop schreeuwerige items bij elkaar. Ze doen elkaar dan juist teniet.
  • Tops met veel decolleté. Nogmaals: balans, balans, balans.

Bovenstaande punten zijn natuurlijk mijn persoonlijke visie op hoe je deze broek beter niet kan combineren, maar voel je absoluut niet aangevallen als je gek bent op de combinatie leer-op-leer of rijghakken je beste vrienden zijn. Ieder zijn ding.

Dan stop ik nu met het lullen, en aanschouw de selectie van leukste outfits met leren broeken. God, kan die zin nog suffer?

Met denim blouse
Mijn all time favorite: de leren trousers combineren met een blouseje van spijkerstof. Paar pumps of sneakers eronder, en klaar is Kees. Ik vind Gigi Hadid sowieso de koningin van de leren broeken; met haar lange stelten doet ze de broek absoluut eer aan. Lekker nonchalant met de knoopjes een tikje te ver open en een schoudertasje of leren tas. O ja, en niet te vergeten: big ass sunglasses.

Met lange winterjas
Om alvast in de herfstsferen te komen: een lekkere wollen jas steekt mooi af tegen de glimmende achtergrond van een leren skinny. De Nike’s eronder maken het geheel wat sportiever. Dikke sjaal om het af te maken; ik zie mezelf over een paar maanden zeker zo door de stad paraderen.

 

Met basic wit shirt/blouse
Less is more. Zeker als het een op zichzelf al redelijk gewaagd item betreft als de leren broek. Door ‘m te combineren met een crispy white shirt creëer je een mooi contrast die, als je een beetje getint bent, ook je natuurlijke kleurtje versterkt. Ook zorgen de zachte stoffen van een wit truitje of blouse voor een verzachtend effect over je hele look. Zo, nu klink ik net alsof ik er verstand van heb. Maar ik vind het echt heel stijlvol!

 

Met sweater
Van deze combinatie kan ik maar geen genoeg krijgen: het grove materiaal van de broek tegenover het zachte, knusse materiaal van een sweater. Liefst beetje oversized. Met een paar flinke pumps eronder en eventueel een wit blouseje onder de sweater, ook fijn om het kriebeleffect tegen te gaan, heb je een top-outfit met weinig moeite. Het meisje links heeft leer op leer, en door de verschillende kleuren van het leer (aubergine pants en zwart jack) en de onderbreking van de trui, vind ik juist best vet!

Met zwarte blazer
Need I say more? Je kunt een outfit van trashy naar classy helpen als je maar een zwarte blazer hebt die mooi om je lichaam valt. Door ‘m op een leren broek te doen, liefst met een wit topje om de boel wat op te lichten, zie je er gelijk netjes en zakelijk uit. De oplossing voor kantoordames die hun leren broek niet enkel willen dragen in de weekenden.

Ik heb genoeg mode-inspiratie voor de komende winter.

What about you? Ben je ook eigenaar van een paar leather pants? Zo ja, hoe combineer jij ze het liefst?

Liefs!

 

Kleine geluksmomentjes #3

♥ Als eerste een presentatie doen en dus 1. mildere beoordeling hebben, en 2. klaar zijn met die opdracht en me weer op andere dingen kunnen focussen.
♥ De film Singin’ in the rain. Ja, ook leuk om te kijken als het buiten dertig graden is zoals afgelopen dinsdag.
♥  De soundtrack van een van de vetste films van 2014: Whiplash. Kan niet stoppen met luisteren en hij blijft maar op repeat. En dat is vaak, aangezien het nummer nog geen twee minuten duurt. En de rest van het album is ook het beluisteren waard!
♥ Bij de opnames van College Tour zijn, met de CEO van Netflix als gast. Het was erg interessant, en bij tv-opnames zijn blijft altijd een bijzondere aangelegenheid.
♥ Nog steeds trouw op schema zijn van mijn 15 kilometer-doel met Nike, en nu zeker weten dat ik het schema ook echt ga afmaken.
♥  Door te ruilen met een collega onverhoopt de hele zaterdag vrij zijn en heerlijk kunnen doen waar ik zin in heb. In mijn eentje. Dat werd: hardlopen, een film kijken, koken en een carrot cake bakken.
♥ Het superlekkere warme weer van de afgelopen week natuurlijk.
♥ Maar ook het afkoelen van dit weer. En weer naar buiten kunnen zonder plakkende kleren en glimmend voorhoofd.
♥ Het ontdekken van de metro in Amsterdam. Veel koeler, sneller, rustiger en efficiënter. Tja, beter laat dan nooit.
♥ Een nieuw buikriempje dat ik bij H&M heb gekocht, waar mijn telefoon en sleutel in kunnen zonder dat ik iets voel shaken terwijl ik ren.
♥ Al shoppend op de Kalverstraat om mijn nummer gevraagd worden. Het maakt niet uit dat ik een vriendje heb en er ook geen behoefte aan heb, en de jongen in kwestie ook geen Chris Hemsworth was: het bleef goed voor mijn ego 😉
♥ De hele zondag doorbrengen met mijn oppaskindjes.
♥  Na twee weken nauwelijks contact met mijn beste vriendin kwam ze langs op werk en hebben we de hele avond gezellig lopen kletsen. Misschien dat onze levens nu een beetje langs elkaar lopen, maar als het moeilijk wordt kun je dus altijd tijd maken!
♥ De wentelteefjes die super gelukt waren, op zaterdagochtend.
♥  De schone lakens van mijn fris opgemaakte bed. Afgemaakt met een citroenspray die ik te pas en te onpas op alles spray om de illusie te wekken dat het schoon is. Alhoewel dat dus niet opgaat voor het bed; die is ook echt schoon

Wat waren jouw geluksmomentjes van de afgelopen tijd? En vergeet je soms ook van de ‘kleine dingen’ te genieten, ondanks dat je weet dat dit bijdraagt aan je humeur?

Liefs!

Bron kopafbeelding: hier 

Een week geen koffie: wat heeft het mij gebracht?

Een week geleden schreef ik in dit artikel dat ik mijn vaste kopjes koffie een week ga afzweren, om te kijken of ik echt zo verslaafd ben aan het spul als ik denk. Ik ging ervan uit dat ik vast geen enorme fysieke verschillen zou merken, omdat een week een relatief korte tijd is om de gevolgen van een verandering in je levensstijl te merken. Maar wellicht zou ik toch kleine veranderingen kunnen voelen in mijn energielevel, huid, haar en mondhygiëne? Ik testte het uit!


Zondag 11 september
Met mijn slaperige hoofd strompel ik om acht uur ’s ochtends naar het Nespresso-apparaat. Mijn wijsvinger zweeft boven de aan-knop als een ruwe stem in mijn hoofd me wakker schudt: ho eens even Anne, vandaag gaat je no coffee week in, we gaan het toch niet nu al verknoeien? Dus mijn vinger verschuift braaf naar die van de waterkoker om een pot thee te zetten, hoewel ik eigenlijk verlang naar iets sterkers om me wakker te schudden.

Later die dag ga ik langs bij wat vrienden, die me ook gelijk een koffie aanbieden. Om er daarna achteraan te gooien: ‘of wil je liever thee?’ En dat terwijl ik geen woord heb laten vallen over mijn geen-koffieregel: perfect! Ik sip die middag aan een kamillethee, en voor de rest van de dag drink ik een colaatje light en water. Rond half zes voel ik de hang naar koffie, en na het avondeten wordt deze alleen maar groter. Ik hou van de vaste routine: na het diner een kop koffie (of twee, of drie…) en dan lekker bloggen of even over internet surfen. Hoe iets kleins als de koffie skippen zo’n impact lijkt te hebben, valt me nog best wel tegen. Maar we gaan door!

Maandag 12 september
Vandaag ga ik weer naar school, maar mijn college begint pas drie uur. Genoeg tijd om wakker te worden zonder caffeïnerijke pepmiddelen dus. De ochtend verloopt prima, maar als ik rond half zeven best moe thuiskom en mijn avondeten naar binnen heb gewerkt, snak ik me toch naar een kopje dampende koffie! Lekker oppeppend. Ik heb ook het gevoel dat mijn spijsvertering er een opkikker van krijg. Maar oké, ik ga braaf aan de thee.

Dinsdag 13 september
Vanochtend is best moeilijk! Ik moet om negen uur in Amsterdam zijn, en sta half zeven al naast mijn bed. De drang om koffie te zetten is groot, want doordat ik de avond ervoor pas laat ging slapen heb ik amper de zes uur slaap gehaald, en mijn lichaam laat het me wel weten. Gelukkig doet een kopje warme thee met mijn ontbijt ook al wonderen.

De rest van de dag verloopt vrijwel vlekkeloos, waarschijnlijk omdat ik de hele dag door Amsterdam liep en vervolgens ging oppassen en mijn vriend was er. Geen tijd om aandacht te geven aan mijn verlangens dus 😉

Woensdag 14 september
Warempel: ik word deze ochtend gewoon met een stralend humeur wakker. Ik heb heerlijk doorgeslapen vannacht en voel me in de ochtend helemaal uitgerust. Geen koffie nodig, dus! Ik voel me heel helder in mijn hoofd, en presteer het zelfs om deze ochtend niet helemaal gestrest te raken maar gewoon alles op mijn gemakje te doen.

Ik kom rond half vijf thuis, en moet dan vroeg eten want om zes uur begin ik met werken. Voorheen aanleiding om een paar bakken koffie naar binnen te gieten, om er zeker van te zijn dat ik ‘aan’ zou blijven staan. Nu moet ik daar maar op vertrouwen, en drink ik wat glazen water. Hoef ik me in elk geval geen zorgen meer te maken om een koffie-adem op werk.

Donderdag 15 september
Oef, hier ging het een beetje mis. Het begon allemaal bij een college dat 9 uur begon, waardoor ik dus half acht weg moest gaan van huis. Nu had ik prima geslapen, dus ik had niet het gevoel dat ik ergens die dag behoefte zou hebben aan koffie.
Tot dat college voorbij was en een studiegenootje voorstelde om een kopje koffie te drinken op een terras. Het was elf uur, precies koffietijd, en ik had zo’n ontzettende zin in een cappuccino dat ik dacht: screw it. En het was een heerlijke cappu. Later die dag zette ik mijn voornemen voort door een verse muntthee te drinken in het Vondelpark. De avond eindigde met een tentamen en een treinreis terug, waarna ik thuiskwam en nog een korte Nike-runtraining op het programma had staan. Zonder er zelf helemaal invloed op te lijken hebben sta ik al bij het Nespresso-apparaat, en even later drink in de koffie in een teug leeg. Alsof ik de geleden schade inhaal. Junkie-gedrag? Misschien, maar een slippertje mag best. Morgen en overmorgen zet ik mijn geen-koffieregel gestaag door, beloofd.

Trouwens, dat stukje rennen ging heerlijk. Vast door de caffeïneboost 😉

Vrijdag 16 september
De laatste dag school: how hard can it be? Nou, niet zo heel moeilijk dus. Ik zit om een ur of drie blij in de trein: het weekend is begonnen. Die avond ga ik aan het werk en ben ik de hele dag best vrolijk en opgewerkt, waardoor het niet eens in mijn hoofd opkomt om koffie te drinken. Wel eet ik in de ijssalon wat hapjes mokka-ijs, is that a crime? Vast niet. Om een uur of één val ik als een blok in slaap.

Zaterdag 17 september
Ik slaap heerlijk tot een uur of tien, en ben dan zo uitgerust dat ik geen koffie nodig heb. Aan het eind van de ochtend doe ik een paar intervallen, ga ik douchen en kijk ik een film (Café Society van Woody Allen; aanrader!) en verheug ik me stiekem al op het kopje koffie dat ik morgenochtend ‘mag’ verorberen van mezelf.

Zondag 18 september
Vandaag is het zover. Zodra ik wakker word strompel ik naar de keuken, zet de koffiezetter aan en langzaam verspreidt er zich een subtiele koffiegeur door de keuken. Mmm…

Conclusie?
Nou, ik heb het gedaan. Sort of. Ik kan die ene donderdag natuurlijk niet over het hoofd zien, maar dat was gewoon een hele lange dag en ik had er zo’n behoefte aan dat ik mezelf dat gewoon gunde. Vooralsnog zie ik dit koffieloze weekje als experiment wel geslaagd. En heb ik er wat van gemerkt? Niet echt. Over het algemeen werd ik altijd fit en uitgerust wakker, maar dat ligt meer aan het feit dat ik vroeg naar bed was gegaan dan dat ik geen drie koppen koffie dronk voor het slapengaan.

Mijn stoelgang leek iets minder lekker te lopen (sorry, TMI), na een kop koffie lijkt deze namelijk een boost te krijgen. En nu was dat dus een week niet het geval. Wel hoefde ik veel minder vaak mijn mond even te spoelen en had ik het gevoel dat ik een frisser gebit had, door de veel koppen groene thee waarmee ik de koffie verving. Dat is dus wel een pluspunt!

Maar ga ik dit nog een keertje doen? Waarschijnlijk niet. Ik vond het idee leuk om een keer geprobeerd te hebben, en wil mezelf vaker uitdagen om vastgeroeste patronen in mijn gedrag te doorbreken voor een korte periode. Om mezelf weer eventjes wakker te schudden. Maar ik word altijd zo blij van die koffiemomentjes dat ik het te wreed vind om ze mezelf te ontzeggen. Dus: iemand nog een lekker bakkie?

Liefs!

 


Bron kopfoto: hier De rest van de foto's komt van weheartit.com

 

Know your classics: Singin’ in the rain

Er is in geen tijden een film geweest die me zo heeft opgevrolijkt als Singin’ in the rain, een filmmusical uit 1952. Als je hem nog niet hebt gezien, ken je vast al de titelsong of een van de andere musicalliedjes (goodmorning, goodmorning, we talked the whole night through… Iemand?) Voor mijn studie keek ik hem afgelopen dinsdag in de bioscoop, en ik heb van begin tot eind een lach op mijn gezicht gehad. En dat is nog best maf, want doorgaans ben ik helemaal niet zo’n fan van blije eieren die zich dansend door het scherm paraderen en altijd maar blij zijn. Iets waar deze film toch wel een pro in is.

Maar Singin’ in the rain heeft iets waardoor het gewoon allemaal mag. Misschien omdat de film ook echt oud is, waardoor de oprechte kneuterigheid niet irritant maar heel lief wordt. In die tijd was dit namelijk een geaccepteerde manier van entertainen. Misschien omdat de choreografie en liedjes in deze film erg goed uitgevoerd zijn en maar niet uit je hoofd gaan. En misschien ook omdat het een soort unieke feel heeft, die sommige films nu eenmaal hebben en die daaropvolgende films tevergeefs proberen na te bootsen.

Het verhaal
Kurz und gut: de film gaat over een belangrijk overgangspunt in de filmwereld, namelijk die van stomme film naar geluidsfilm in de jaren 20. We volgen grote Hollywoodsterren Don Lockwood (Gene Kelly) en Lina Lamont (Jean Hagen), die op scherm misschien verliefde tortelduifjes spelen, maar in het echt niet met elkaar door een deur kunnen. Alhoewel, Lina forceert Don regelmatig en ziet hem als de man van haar dromen. Don ziet Lina echter als een irritante feeks, en dat begrijpen we best als Lina begint te praten. Haar stem is schril en vals; niet om aan te horen.

Als bekend wordt dat de filmstudio’s gebruik gaan maken van geluidsopnames, is Lina’s stem gebruiken dan ook geen optie. Gelukkig is daar de lieflijke en charmante Kathy Selden (Debbie Reynolds) een danseres die het ooit hoopt te maken op het toneel en tevens de love interest van Don. Zij spreekt Lina’s stem voor Don en Lina’s volgende film; The Duelling Cavellier. Dit doet ze om Don’s film te redden, maar hiermee zet ze wel haar eigen carrière op het spel. En dit gaat natuurlijk niet zonder slag of stoot…

Waarom vind ik deze film zo geweldig?
♥ Omdat zowel de titelsong als Goodmorning en Make ‘Em Laugh, gezongen door Dons beste vriend Cosmo (Donald O’Connor) heerlijke liedjes zijn waar je spontaan een lach van op je gezicht krijgt. Wel luisteren met de clipjes erbij hoor, die zijn nou juist zo leuk. ♥ De setting, het decor, de kleding: alles aan deze film ademt die gave roaring twenties-stijl. En het idee dat de twintiger jaren destijds waren wat de jaren tachtig nu voor ons zijn, is ook een leuke gedachte.
♥  Gene Kelly in zijn jongere jaren was destijds totaaaal geen verkeerde man om te zien 😉

♥ Tijdens het kijken van de film bedenk je je hoe knap het is van de filmmakers om met relatief beperkte middelen zo’n werk te maken. Ze konden nog geen gebruik maken van special effects en andere tovenarij, en dus zit veel kwaliteit ‘m in de dans en motoriek van de spelers.
♥   Het is lekkere wegsmelt-romantiek ten top. Misschien doe je het liever niet te vaak, maar als je wilt indulgen in een potje oehh en aahhh is Singin’ in the rain de film bij uitstek!
♥  Nu kan ik tegen anderen opscheppen dat ik mijn klassiekers ken. Of in elk geval eentje. Grapje.

 

Wat is jouw favoriete klassieker? Heb je deze al gezien? En zo ja, wat vond je ervan? Of hoef je niets te hebben van die stoffige Hollywood-meuk? 😉

Liefs!

 

Throwback Thursday: icecream, baby!

Met de mussen die van het dak vallen, kon ik geen geschikter onderwerp bedenken voor deze throwback thursday. Alhoewel, ijsjes zijn elk moment van het jaar wel een goed idee. Nu vind ik dat, vroeger vond ik dat zeker ook. Ik was gek op ijsjes na het eten, en hoewel het geen vaste prik was (we aten sowieso bijna nooit toetjes thuis), heb ik warm… eh, koude herinneringen aan het brede scala aan ijsjes wat we altijd haalden bij strandtenten in Rosas of gewoon bij het buurtwinkeltje om de hoek. Herkennen jullie de volgende ijsjes ook nog uit je kinderjaren?


Fantasmikos

1f746d069783a28590425354a81c69f1Grappig genoeg kom ik er nu pas achter wat de officiële naam is van deze goddelijke ijsjes; wij noemden ze gewoon altijd mini’tjes. In Nederland kan ik ze nergens meer vinden, dus als ik in het buitenland ben neem ik het er van en bestel ik deze zakjes met vijf mini-ijsjes achter elkaar. Niet alleen de smaak zelf, ook het hele ritueel om deze ijsjes heen staat met nog bij. De lekkerste voor het laatst bewaren (zoals je ook met winegums doet), maar hier dan toch spijt van krijgen omdat de laatste altijd half is gesmolten. Smaken ruilen met vriendinnetjes want, tja, alhoewel 90% van de bevolking altijd voor aardbeiensmaak gaat, zijn er lonely wolves die appelsmaak prefereren. Ik zou alleen al voor deze ijsjes nu op het vliegtuig stappen naar Spanje.

Joekels
zsv2tc
Dit is vreemd: ik kan gewoon geen foto vinden van de originele Joekels, met gezicht van een soort retarded clown op de verpakking. Dus dan maar deze suffe van Wicky (na-apers zijn het ook) om een beeld te geven van de vormgeving. Dat er geen enkel spoor van deze ijsjes meer te vinden is bewijst misschien wel hoe antiek ze zijn. Ik heb fotoboeken vol van mij, lebberend aan Joekels. Laat je niet misleiden door de naam, zelfs een dreumes kan het presteren om zo’n joekel in een sitting naar binnen te werken. Moet je nagaan hoe lekker ze waren.

Dubbellikkers

index

Om de één of andere reden vind ik de naam voor deze ijsjes een beetje pervers, maar dat ligt denk ik gewoon aan mij. Feit was dat de leus sharing is caring door deze ijsjes uitgevoerd diende te worden (is denk ik wat de makers hebben gehoopt). Feit is ook dat dit in de praktijk bijna nooit het geval was. Was het niet juist chill aan deze ijsjes tot het houten stokje toe had afgelikt, je nóg een heel ijsje had om van te genieten? Pfff, wat nou delen.

Clownijsje

clown

Wat was dat met ijsfabrikanten en clowns? Een soort stille samenwerking? Waarom dachten ze dat kinderen het liefst een clownshoofd zouden aflikken? Nou ja, niet dat je je daar als vierjarige kleuter heel erg druk om maakte. Het was al cool genoeg dat, als je het hele ijsje had opgelikt en je godsganse toet onder zat met witroze smurrie, je ook nog een rode kauwgombal had om eindeloos op te kauwen. Het feest houdt niet op, zeg maar. Toch was die rode bal voor veel ouders reden om hun kinderen naar een ander ijsje te lokken, kan ik me herinneren. ‘Nee, je kleine nichtje mag die niet, dan stikt ze er misschien in. En kom, neem jij hem dan voor de zekerheid ook maar niet. Om gedoe te voorkomen.’ Ik heb deze clown dus niet vaak in mijn handen gehad, maar als er geen jonge jaloerse nichtjes in de buurt waren was het smikkelen geblazen!

Schatkistje
geen-naam
Aan de absolute eenzame top van de kinderijsjes-aanzienladder staat toch wel de schatkist. Wat wil je, als je naast een heerlijke mix van vanille- en chocoladeijs ook nog eens een schat in je kist hebt zitten. Het was eigenlijk hetzelfde idee als met een Happy Meal: het boeide geen fuck dat je speeltje nu zuchtje wind van ellende uit elkaar viel, het ging om het idéé. Om de kick van een extraatje bij je eten. Om de verrassing: hebben we hetzelfde speeltje of hebben we alle twee een ander? Man, als ik terugdenk aan de spanning en opwinding die dit ijsje met zich meebracht voelt mijn hedendaagse leven opeens wel heel saai. Gelukkig worden schatkistjes nog gewoon verkocht, dus misschien van de week inslaan bij de Makro?

Smartie pop-upijsje

cf8kbz4w0aew7il
Dat ik ‘m als laatste zet, betekent natuurlijk niet dat dit ijsje minder lofzang verdient dan de voorgaande. Ik moest gewoon een volgorde kiezen, ja 😉
Dit ijsje had eigenlijk alles: stijl, klasse, leuke features (zoals het omhoog schuiven van het ijs door het staafje omhoog te duwen). Het had ook een gepersonaliseerd element, omdat je zelf bepaalde wanneer je je ijsje nog een stukje omhoog schoof. En wat je deed met de m&ms: ze mee kauwen met het ijs, of even schoon zuigen en apart leggen voor latere consumptie (ja, dat deed ik). En dan heb ik het nog niet gehad over de extra smarties die onderin het buisje zaten (als wat, als toetje? Van iets wat al een toetje is?) Afijn, je snapt het: dit ijs was de bomb.


Pfff, als ik naar bovenstaand rijtje kijk en al haar heerlijkheid, kan ik me niet meer voorstellen dat ik destijds keuzes kon maken bij de ijskar. Was ik me toen al bewust dat keuzes voor extra stress zorgen, en dat je kleine keuzes maar zo veel mogelijk uit kan sluiten? Deed ik toen al mindfulness-oefeningen om rust in mijn hoofd te krijgen om de chaos in ijsjesland te kunnen overzien? Was ik er überhaupt al mee bezig? Niets van dit alles. Ik denk dat ik me gewoon berustte in het feit dat er altijd wel een volgend ijsje zou zijn. En dan nam ik gewoon een ander.

PS. Vinden jullie de hoofdafbeelding ook geen prachtig toekomstbeeld? Dat zijn nog eens goals!

 

Where to eat #2: Praag

Na Berlijn vertrokken we om 09:00 met de trein naar Praag. Een stad waar we beiden nog nooit waren geweest, maar zoveel goeds over hadden gehoord dat het wel te gek moest zijn. De stad was zeker mooi: het had een hele authentieke feel. Hoewel de stad rijk is aan historie en imposante gebouwen, zijn er ook veel hippere tentjes te vinden in de Tsjechische hoofdstad. Lou en ik logeerden in een Airbnb-huis in de wijk Karlín, en wij zijn daar dan ook een keertje uiteten gegaan. Vervolgens hebben we een keertje zelf gekookt en hebben we nog eens buiten de deur geluncht en een taartje gegeten. En er zaten best wat aanraders tussen!


 

Podolka Karlin 

12322451_1492658737730398_212564340055117105_o

Bron

Onze host Stefan had een boekje gemaakt met de fijnste plekjes in de buurt, en hij raadde dit restaurant aan. Dus wij zaten met ons goede gedrag diezelfde avond nog op het terras.

Allereerst: het personeel. Het kan aan ons hebben gelegen, maar de ober die ons hielp had iets hautains over zich heen. Alsof hij ons niet helemaal serieus nam. Elke keer als ik een vraag stelde over de menukaart keek hij me aan alsof ik van een andere planeet kwam. Hierdoor werd ik een beetje nerveus en giechelig, wat resulteerde in een avond slappe lach elke keer als de beste man aan kwam lopen. Er was iets waardoor we elkaar gewoon niet helemaal begrepen, ookal deden we waarschijnlijk allebei ons best. Het feit dat we in de wijk minder toeristen kwamen dan in de binnenstad van Praag zal er ook wel mee te maken hebben gehad: ze waren Engels misschien niet gewend.

Dit was echter niet vervelend, wij hebben er de hele avond om gelachen. De klapper kwam toch wel toen we maar een schatting maakten van de fooi, en hem dus (onbedoeld) veels te veel fooi bleken te hebben gegeven. Je begrijpt, de hele avond lagen we dubbel om de situatie.

Dan het eten: de menukaart is best anders dan anders. Een beetje hippig, cool, hoe je het wilt noemen. Dit komt ook overeen met de uitstraling van het restaurantje, want deze is ook wel on fleek. Ze serveren ontbijt, lunch en diner. Ze hebben ‘gewone’ gerechten als pasta en pizza, maar serveren ook veel gluten- en lactosevrije opties.

Ik bestelde iets met lamsvlees met aardappelpuree, rucola, selderij en tzatziki. Mijn vriendin had een pastramisalade met wortel en zwarte olijven. Het eten was bovengemiddeld lekker, en ook aardig betaalbaar. Al is alles in Tsjechië betaalbaar; je kunt daar in een sterrenrestaurant eten voor dertig euro de man. Maar ondanks het ongemakkelijke contact met de ober, zou ik deze plek zeker aanraden!

Adres: Šaldova 466/34, 186 00 Praha 8-Karlín, Tsjechië

Proti Proudu

Bron linkerfoto

Oké, mensen: hier hebben ze de LEKKERSTE CARROT CAKE OOIT! Nou eet ik nooit zo vaak worteltaart en zou ik mezelf geen kenner noemen, maar ik weet wanneer mijn smaakpapillen klaarkomen. En dit was zo’n moment. Dit gezellige koffiebarretje met Pinterest-waardig interieur wordt gerund door hele aardige mensen (de serveerster die ons hielp was heel lief!) en is erg betaalbaar. We lunchten hier met een broodje; ik had een BLET (BLT met een gebakken ei erbij), mijn vriendin had een broodje met prosciutto, rucola en kaas. De sandwiches worden, lekker hipster, geserveerd op robuuste houten planken. Je kunt flinke porties verwachten. Toch ging het vreetfestijn dus nog even door met de carrotcake die we deelden. Echt, go and try this people! 

Adres: Březinova 471/22, Karlín, 186 00 Praha 8, Tsjechië

Trdelniks

 

Bron rechterfoto

Niet een restaurant, maar een traditioneel Tsjechische lekkernij die je op elke hoek van de straat wel kan vinden: trdelnik. Ze doen een beetje denken aan wentelteefjes qua smaak: die bestaan immers ook uit bloem, suiker en kaneel. Het ziet er heerlijk uit omd de trdelnik’s (bekt lekker, hè?) zo aan het spit goudbruin te zien worden, en ook al was het al bijna etenstijd: we besloten toch nog zo’n ding in onze kanus te duwen. Welja, doe er ook maar een toef vanille-ijs in. Wisten wij veel dat ze enorm zijn. Met veel bloed, zweet en tranen heb ik mijne naar binnen gewerkt (lekker waren ze wel).

Als je eens in Tsjechië bent moet er zeker eentje proberen. Als Hollander zul je deze pannenkoek-achtige deegballen wel waarderen! De prijs valt ook mee; vaak kosten ze zo’n drie á vier euro.

We hebben in onze tweede stad wat minder buiten de deur gegeten dan in Berlijn, want we wilden het toch wat zuinig aan doen. Dat gaat vanzelf wel, als je je bedenkt dat je nog tweeënhalve week moet leven van je geld 😉 Maar Praag is een perfecte stad als je on a budget bent. Je hebt er veel goede tentjes met een heerlijke menukaart voor een prikkie, mits je een beetje de buitenwijken opzoekt. Maar dit geldt voor alle grote steden.

Volgende keer deel ik de lekkerste eet- en drinkplekjes van Bratislava en Boedapest!

Ben je weleens in Praag geweest? Welke plekken/gerechten raad jij anderen aan om echt te bezoeken?

 

 

 

 

RECEPT: Falafelsalade

Na mijn college fietste ik voor de verandering eens niet langs de Dirk, maar een iets ‘exotischere’ winkel: de Zam Zam; een supermarkt vol islamitsche producten. Een goede keuze, dat kun je wel zeggen. Ik vond er heerlijke verse mango’s (niet die harde bonken van de AH), dozen vol noten en pitten, veel koekjes die ik nog niet kende en veel nieuwe soorten zuivel. Om mijn portemonnee te paren kocht ik alleen het hoognodige: ingrediënten voor de salade die ik in de avond zou maken. Ik liet me een beetje leiden door wat er op mijn (winkel)pad kwam, en zo kwam deze heerlijke falafelsalade tot stand. Gezond, voedzaam en ’s wat anders dan dat eeuwige quinoaslaatje.


Wat heb je nodig?
– Vier à vijf falafelballetjes
– Sla naar keuze (ik had rucola, gemengde sla is ook lekker)
– Paar eetlepels fetablokjes
– Een kleine zoete aardappel
– Een halve avocado
– Een paar zongedroogde tomaatjes
– Alle groenten die je lekker vindt: ik gebruikte bijvoorbeeld rode paprika, tomaat en bosui (whatever floats your boat)
– Olijfolie, peper, zout en eventueel wat paprikapoeder

2016-09-08-23-13-08Wat moet je doen?
1. Was de zoete aardappel goed en snijd hem in blokjes van ongeveer 1 bij 1 cm. Hussel door met wat olie en bak ze in de pan. Dit duurt bij mij best wel een tijdje, dus laat lekker doorbakken op middelhoog vuur.Besprenkel halverwege met wat peper, zout en paprikapoeder
2. Snijd ondertussen de groenten en avocado en de zongedroogde tomaatjes in kleine stukjes
3. Als de zoete aardappel gaar is, leg ze dan even apart.
4. Doe nog een klein beetje olie in de pan en bak de falafelballetjes een beetje krokant. Vaak duurt dit maar vijf/zes minuten
5. Pleur de hele zooi bij elkaar (of distribueer alle componenten netjes op uw bord) en besprenkel daarna met de fetablokjes en eventueel een beetje met de kruidige olie die erbij zit.

En genieten maar: bon appetit!

Liefs!

Kleine geluksmomentjes #2

Mijn examen halen, een grote reis maken, een jaar samen met mijn vriend: het is allemaal supergaaf, maar het zijn ook grote mijlpalen. Als ik alleen daar mijn geluk uit zou halen, zou de wereld een donkere, kille plek zijn. Soms vergeet ik wel eens dat geluk hem (barf, cliché) vooral in de kleine dingetjes zit. Dan gaan er dagen voorbij dat ik zo op de automatische piloot draai, en ik niet eens door heb dat er eigenlijk allemaal mooie dingen zijn gebeurd die zo insignificant waren dat ik ze op dat moment niet heb opgemerkt. Zonde! Want juist die momenten kunnen je dag van ‘wel oké’ naar ‘helemaal happy’ brengen. Daarom heb ik besloten me via deze rubriek elke week meer te focussen op de kleine lichtpuntjes op de dag. Hier zijn ze dan…

♥ Mijn beste vriendinnetje die me uitnodigt om bij haar te eten, en dan een enorme schaal sushi heeft klaargemaakt. Inclusief zeewiersoepje en gefrituurde garnalen. Het was echt een koningsmaal.

♥ Na ruim zeven uur ijs scheppen afgepeigerd thuiskomen, en dan tegelijkertijd aankomen met mijn vriendje en spontaan alle moeheid vergeten zijn en elkaar de oren van het hoofd praten.

♥ De superrijpe mango’s die ik voor een prikkie bij een nieuw ontdekte supermarkt heb gehaald.

♥ Een Nike Trainig Club-workout doen en erachter komen dat het wel meevalt met de fysieke achteruitgang na een periode wat minder sporten. Ik kan ik elk geval nog gewoon pushups doen!

♥ Mijn oppaskindje die haar A-diploma heeft gehaald en supertrots is op zichzelf.

♥ Een hele zondag kunnen besteden aan een uurtje sporten, wat lekkers bakken en heerlijk luieren.

♥ Een nieuw boek beginnen (Kom hier dat ik u kus van Griet op den Beeck) en zo opgeslokt worden door de verhaallijn, de personages en de schrijfwijze  dat je elk vrij momentje aanpakt om verder te lezen.

♥ Waar Amsterdam eerst nog een stad was die ik bij hoge uitzondering bezocht (en dan was het ook echt een uitje: uren over de grachten wandelen, koffie drinken en appeltaart eten in het Vondelpark, shoppen in de Kalverstraat) kom ik er nu elke dag voor mijn studie en elke keer word ik weer vrolijk van de energie van de stad. En van de chaos.

♥ Maar ook het thuiskomen na zo’n chaotische dag op de universiteit en dan het relatief gemoedelijke Leiden doorfietsen en dankbaar zijn dat er ook een rustigere stad is waar ik een beetje rust terug kan vinden.

Wat waren jouw geluksmomentjes van de afgelopen tijd? En vergeet je soms ook van de ‘kleine dingen’ te genieten, ondanks dat je weet dat dit bijdraagt aan je humeur?

Liefs!

Bron kopafbeelding: hier 

 

 

Was ik dat?!

Ze zeggen toch weleens dat niets zo veranderlijk is als de mens? Nou, amen to that! Ik speurde laatst wat rond op mijn MacBook voor oude schrijfseltjes. Kan ik mezelf lekker uitlachen over watvoor onzin ik schreef, en vooral de serieuze ondertoon die er ik mijn stukje school. Niet dat ik had gewild dat ik ze niet had geschreven, want ook de suffe schrijfsels die horen bij jou. Ik denk dat je als persoon nooit helemaal af bent. Je past je immers altijd aan naar de omstandigheden in je leven en wordt vooral gevormd door de mensen en ervaringen in je omgeving, denk ik. Ik ben dan ook de laatste die zal zeggen dat ik me niet kan vóórstellen dat ik dit ooit heb geschreven, want destijds dacht ik er serieus zo over na. Maar toch lees ik onderstaand stuk enigszins gniffelend terug, terwijl ik denk: hoe anders kan een persoon in twee jaar tijd veranderen?

30 november 2014 (ik zat toen in de vijfde klas)

Aan het begin van het jaar vul je geregeld een vragenlijstje in voor je mentor met jouw favoriete bezigheden, want het is van groot belang dat jouw mentor weet waar jij je op een druilerige zondagmiddag zoal mee vermaakt. Ik vul eigenlijk al braaf sinds de eerste klas de ‘veelvoorkomende’ hobbies in. Je kent ze wel. Dingen waarvan je zegt dat ze je lust en je leven zijn, maar eigenlijk zijn ze niet meer dan ‘gewoon oké’. In mijn geval is dat hardlopen, koken, lezen, schrijven. Als ik dit opschrijf, kom ik heel intelligent over. Alsof ik dagelijks literaire werken lees, zeg maar. Nou kijk, het zit dus zo. Hardlopen doe ik hoogstens drie keer per week, om de enkele reden dat ik anders stikchagrijnig word en iedereen om me heen wil slaan. Het is wel lekker hoor, een halfuurtje hobbelen met agressieve 50 Cent-muziek (Nigga’s in Paris, hahaha!) maar helemaal euforisch van de endorfines thuiskomen? Neuh…

Koken. Ook zoiets dat ik drie maanden vol overgave deed, totdat ik er achter kwam dat het schoonmaken van de grillpan meer moeite kost dan het grillen van een aubergine. En dat moment dat er een gat in het pak bloem zat en ik tot ’s avonds laat korreltjes bloem tussen de keukentegels uit zat te blazen. Of toen ik mezelf en mijn pijngrens voor de zoveelste keer overschatte en dacht de ovenschaal wel eventjes zonder handschoenen uit de oven te kunnen halen. En ik weet best dat dit allemaal komt doordat ik ongeduldig, onzorgvuldig en onhandig ben, maar zodra ik mijn hele persoonlijkheid moet gaan veranderen om iets te kunnen doen, haak ik af. Je begrijp dat breien niet mijn favoriete bezigheid is. Ik heb het één keer geprobeerd, maar het wol bevond zich overal door de kamer, behalve aan de breinaalden. En ik, ik was niet meer dan een hoopje frustratie.

En lezen en schrijven? Ja, op papier klinkt het wel mooi. Maar de enige keer dat ik voor de lol een boek opensla is op vakantie. Dan lees ik vijf pagina’s en raak ik afgeleid. Hé, een vogel. Hé, een knappe jongen. Hé, de zee. En schrijven doe ik ook maar omdat ik er later (liefst veel) geld wil mee verdienen en ik het allemaal daarom wel moet blijven oefenen. Geen ervaring staat ook weer zo lullig op je CV. Maar ik doe het eigenlijk alleen als ik verder helemaal niets te doen heb. En met Netflix tussen je X Box-applicaties is er eigenlijk altijd wel wat te doen. Niet dat ik schrijven niet leuk vind, maar wat heb je aan een leeg Word-document als er nieuwe Suits-afleveringen te zien zijn?

Ik vind bovenstaande allemaal wel leuk en ik geniet er heus wel van, maar ik doe ze meer uit gewoonte dan dat ik er echt oprecht gelukkig van word. Dus ik heb besloten mijn net-niet-hobbies voorgoed af te zweren en gewoon eerlijk uit te komen voor mijn rare hobbies. Wat ik écht helemaal geweldig vind om te doen. Een leven zonder de volgende dingen zit er gewoonweg niet in voor mij:

 

  1. Boodschappen doen. Ja, lach me maar uit. Maar niets is chiller dan met een paar tientjes op zak door de Albert Heijn te struinen. En omdat ik nog steeds niet weet hoe de nieuwe Albert Heijn in de buurt is ingedeeld, loop ik rustig drie keer het hele filiaal door. Die blik die de bananenjongen me toewerpt als ik voor de vijfde keer in tien minuten tussen de bananen sta te graaien op zoek naar dat ene perfecte exemplaar. Alleen daarvoor vind ik het al leuk. En dan heb ik het nog niet gehad over alle soorten muesli met elkaar te vergelijken, ontdekken van allerlei soorten rijstwafels (quinoawafels, ze bestaan!), en een kwartier lang alle tijdschriften doorspitten. Als het niet sociaal onaangepast gedrag zou zijn, zou ik een tentje opzetten voor de Albert Heijn en er elke dag de tijd van mijn leven hebben
  2. Deze is alleen herkenbaar voor de sociaal gebrekkige onder ons: op YouTube voor de lol alle filmpjes van Jort Geschiedenis kijken, vooral die over de renaissance. Ik herhaal: Voor. De. Lol. O ja, of kookfilmpjes kijken. Om de een of andere reden kunnen sommige mensen een komkommer snijden alsof het niets is. En ik kan uren kijken naar hoe iemand cakebeslag maakt en dit dan in zo’n cakevorm giet zonder te morsen. Niet alleen onvoorstelbaar voor mij, maar ook reuze-fascinerend.
  3. Nu het winter wordt en naar buiten gaan het minst aantrekkelijke ooit is geworden, verschuift deze hobby even naar de achtergrond. Maar als het een warme zomeravond is, doe ik niets liever dan met een iPod vol zoete John Legend-muziek naar de stad lopen, de hele stad doorlopen, zonder verder doel of zo, en dan weer naar huis te gaan. Het wordt een beetje ongemakkelijk als mensen die je kent vragen waar je naartoe gaat en je dan ‘nou, nergens heen, eigenlijk’ moet zeggen (zeker als zich dit meerdere keren per week voordoet), maar als je eenmaal over die drempel heen bent is dit het geweldigste ooit. Let’s go to the park… I wanna kiss you underneath the stars. Lalala.
  4. Gaat eigenlijk heel goed samen met boodschappen doen. Maar eten is gewoon lekker en alles wat lekker is moet je zo veel mogelijk doen, denk ik dan. Hetzelfde geldt dus voor douchen, knuffelen, zoenen, thee drinken, ’s avonds op hoge hakken playbacken op Beyoncé-nummers en heel hard in je kussen gillen als het je even niet mee zit. Alles waar gelukkig makende stofjes van vrijkomen doe ik het liefst zo vaak mogelijk. Eigenlijk wel heel logisch, als ik dit zo schrijf. Maar van boeken lezen word ik niet supergelukkig. Van een hele bak aardbeien dan weer wel. En wie wordt er nou niet vrolijk van Beyoncé?

Dus als ik volgend jaar naar de zesde ga, en ik weer het bekende ‘wie ben ik?’-vragenlijstje in moet vullen, schrijf ik lekker bovenstaande ‘hobbies’ op. Ik word misschien voor gek verklaard, maar who cares? Kom lekker uit voor je rare bezigheden, ze maken je interessant. En raar. Maar vooral interessant, echt waar!


Oké, first things first. Ik vond koken niet echt leuk? Ik vind het geweldig! Het zal wel mee hebben geholpen dat ik langzamerhand trucjes ben gaan leren om niet eens grote teringzooi van de keuken te maken. Het verhoogt het plezier in culinaire activiteiten als je vervolgens niet een uur een grillpan aan het schrobben bent, dat zeker. Wat ook helpt is dat ik er geen wedstrijd met mezelf meer van maak. Vroeger wilde ik allemaal ingewikkelde, hypergezonde recepten maken als bewijs aan mezelf of aan anderen dat dit echt ‘mijn ding’ was. Die druk verlaagt de lol die je erin hebt, omdat het plotseling als werk aanvoelt. En alles waar je druk en dwang achter zegt verliest zijn glans. In de afgelopen jaar heb ik veel minder gekookt, maar als ik zin had om nieuwe recepten uit te proberen deed ik dat. Dat gaat ook op voor hardlopen: vlak na dit stukje kapte ik anderhalf jaar met rennen, en nu doe ik het weer vijf maanden en vind ik het heerlijk. En ik was zachter voor mezelf als het een keer niet zo uitpakte als gehoopt, dat scheelt vaak ook wel.

En dan het tweede: ik hield ook niet oprecht van schrijven en lezen, maar deed het omdat ik er later ‘het liefst veel geld mee zou verdienen’. Ha. ha. ha. Als dat echt mijn motief was kon ik beter economie of bedrijskunde gaan doen en lekker accountant worden, of zo. Het ding aan schrijven is juist dat je er het beste nul verwachtingen aan moet hangen, maar het gewoon lekker moet doen omdat je het leuk vindt en je het nodig hebt om je hart te luchten. Maar met schrijven was het eigenlijk hetzelfde verhaal als met koken: ik had een soort identiteit om mezelf heengemaakt, dat ik dat meisje was dat goede beschouwingen schreef bij Nederlands en er later ook werk in zou vinden. Nog steeds lijkt het me fantastisch als ik later rond kan komen van verhaaltjes schrijven, maar er zijn nog zoveel andere dingen die ook het ontdekken waard zijn.

Hetzelfde geldt ook voor lezen: sinds ik de druk van deze activiteiten af heb gehaald en ze niet meer met mij als persoon ben gaan identificeren, begon ik ze juist leuker te vinden en deed ik het veel meer. Zo heb ik afgelopen zomer 18 boeken uitgelezen op mijn eReader. Laat je iets los, dan komt het juist dichterbij. Zo gek.

Over het onderste lijstje denk ik nog steeds hetzelfde: boodschappen doen vind ik te gek, doelloos rondlopen doe ik maar al te graag (niet meer met John Legend trouwens, die is dan weer uit mijn systeem). YouTube-filmpjes van Jort Geschiedenis heb ik sinds mijn examens nooooit meer voor de lol bekeken, en van kookfilmpjes word ik ongeduldig.

Oh, en over dat eten: dat noem ik liever geen hobby (dat klinkt een beetje obees) maar dat is het natuurlijk wel. Dus.

Conclusie: schrijven, lezen en koken zijn wel degelijk dingen die ik oprecht leuk vind en doe voor mijn eigen plezier, alleen vanaf het moment dat ik ze ging doen ‘omdat Anne dat nou eenmaal deed’ begon ik ze te verafschuwen. Wijze les: niets is vast, neem het jezelf niet kwalijk als je dingen die je zag als ‘jouw identiteit’ toch niet meer zo leuk vindt. Geef jezelf de ruimte om andere dingen te doen, als het terugkomt komt het vanzelf wel. En zo niet, dan niet. Alles is maar relatief. Over twee jaar zal ik dit stukje ook teruglezen, en mezelf misschien niet meer herkennen. En dat is oké.

Oh, en nog even wat emotionele citaten (huiliehuilie-quotes, zoals ik ze graag noem)

 

Liefs!